Algemeen
Lees verderVoorwoord
Dit jaarverslag laat de ontwikkelingen zien van de ketenzorg en de innovatieve projecten van Ketenzorg NU in 2018. Deze vragen nog steeds veel inspanning van alle ketenpartners en de organisatie. Intussen staat de eerste lijn voor nieuwe en grote uitdagingen. Als vervolg op het bekostigingsmodel voor huisartsenzorg in S1, S2 en S3 verscheen in 2016 het rapport van van Velzel en partners: “Een sterke eerste lijn voor betere zorg en beheersbare zorgkosten”. Na een impact analyse zijn alle betrokken partijen (LHV; InEen; VWS en ZN) landelijk gekomen tot een 4 kwadranten model. Dit gaat over organisatie en infrastructuur (O & I) van de eerste lijn op verschillende niveaus: praktijk, wijk en regio. Toekomstige bekostiging hiervan moet de huidige overhead van Ketenzorg en GEZ (Geïntegreerde eerstelijns zorg) vervangen.
Het Zilveren Kruis heeft in 2018 haar inkoopbeleid voor deze O & I contractering bekend gemaakt. De richting die zij daarbij aangeeft sluit goed aan bij de visie en missie van ZorgNU en KetenzorgNU over de toekomst van onze organisatie. Ten aanzien van de uitwerking bestaan verschillen van mening. KetenzorgNU is in 2018 gestart om samen met de huidige GEZ verbanden in onze regio en met ZorgNU een goede en zorgvuldige voorbereiding te doen voor het O & I contract voor 2019. In het afgelopen jaar is het vertrouwen ontstaan dat we met elkaar in staat zijn om een krachtige Regio organisatie neer te zetten voor chronische en multidisciplinaire zorg in Noordwest Utrecht.
Kwaliteitsbeleid
De kritische kwaliteitskenmerken geven dit jaar nog een laatste keer inzicht in de kwaliteitsontwikkelingen binnen KetenzorgNU. Deze accreditatie instrumenten, welke in 2018 zijn herzien door de branche organisatie InEen vormen de structuur waarlangs gemeten wordt. Onderstaand vindt u per onderdeel de scores van najaar 2018, de laatste meting. Daarbij vindt u een korte uitleg van de activiteiten in 2018. KetenzorgNU wordt in onderstaande zelfevaluatie figuren in donkerblauw telkens vergeleken met de vergelijkingsgroep, hier in lichtblauw weergegeven. De vergelijkingsgroep betreft 73 landelijke ketenorganisaties. KetenzorgNU mocht een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het Nieuwe Kwaliteitsdenken, uitgaande van de lerende organisatie welke in Q1 2019 is vastgesteld door de Algemene Ledenvergadering van InEen.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
De bovenstaande infographic van het verslagjaar 2018 (KetenzorgNU wordt hier weergegeven als zorggroep 113 in donkerblauw en het landelijk gemiddelde is weergegeven in lichtblauw) staat voor prestaties binnen de volgende domeinen:
- Werken volgens zorgstandaarden: De werkgroepen vertalen de nieuwe richtlijnen naar multidisciplinaire zorgprogramma’s.
- Persoonlijke zorgdoelen; In 2018 werd de pilot Online patiëntondersteuning via PGO Gezondheidsmeter verder uitgerold met multidisciplinaire registratie van persoonlijke doelen in het PGO.
- Beleid voor onvoldoende presteren; na voorgaande jaren waarin dit voor enkele praktijken een aandachtspunt werd is hier in 2018 geen interventie nodig geweest.
- Bevoegd zorgteam: praktijken hebben bevoegde zorgteams.
- Geaccrediteerde scholing: alle plenaire scholingen werden geaccrediteerd aangeboden.
- Spiegelinformatie aanbieden: De spiegelbijeenkomsten in 2018 zijn toenemend gericht op de lerende organisatie via o.m casuïstiek, inspiratie door collega’s, netwerkvorming en intervisie.
- Bespreken van prestaties op praktijkniveau: Binnen de leergangen Persoonsgerichte Zorg is aandacht voor uitwisseling hieromtrent.
- Ondersteunen verbeterplannen; naast de reguliere ondersteuning en Ondersteuning OZIS Ketenbericht is in pilotvorm de uitrol van nieuwe best practices zoals ‘kijkje in de keuken’ COPD, “Ziektetelastmeter” gefaciliteerd.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
9: Samenwerkingsafspraken: Alle samenwerkingsafspraken en kwaliteitseisen worden periodiek geëvalueerd met leden en ketenpartners.
10: Multidisciplinaire trainingen: Trainingen worden waar mogelijk multidisciplinair georganiseerd en aangeboden.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
11: Informeren patiënten: Praktijken ontvangen uniforme ketenvoorlichting via de patiëntfolders, de nieuwsbrief en de website van KetenzorgNU. Een verbeterpunt is een check of deze informatie op een relevante manier aankomt bij de patiënt.
12: Beleid zelfmanagement: als speerpunt wordt hier vol op ingezet.
13: Klachtenregeling: Er zijn in 2018 geen ketenzorg klachten binnengekomen via de Stichting Klachten en Geschillen Eerstelijnszorg (SKGE). In het jaarverslag 2017 van de SKGE wordt een exemplarische klacht over chronische zorg beschreven. Bij een patiënt met meerdere chronische aandoeningen is niet altijd duidelijk wie de regie in het kader van de zorgverlening op zich neemt. Dit is ook binnen KetenzorgNU onder de aandacht. Binnen de Kaderarts Expertgroep, die in 2017, is opgericht wordt nagedacht over het zorgaanbod voor patiënten met multi-morbiditeit.
De kaderarts expertgroep zal naast de ketenwerkgroepen als overkoepelend inhoudelijk adviesorgaan toewerken naar integrale chronische zorg.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
14: Verwijs- en terug verwijsafspraken: Deze zijn beschreven in de RTA’s voor de hele regio en worden inhoudelijk en bestuurlijk aangevuld vanuit de regio Noordwest-Utrecht.
15: Eerste aanspreekpunt: Dit wordt nader beschreven binnen implementatieplannen en patiëntinformatie.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
16: Missie en Visie.
17: Statuten.
18: Incidenten ophalen: Heeft een lage prioriteit vanwege de inschatting dat geïsoleerde ketenzorg incidenten weinig voorkomen. In de Langerhans scholing is DM en SEH ingezet om kennis actueel te houden.
19: Jaarverslag en jaarplan.
Bron: Zelfevaluatie zorggroepen InEen
20: Privacy richtlijnen: Na een externe Audit door Bureau Insights via Ineen is in 2016 een verbeterplan geïmplementeerd volgens de vigerende richtlijn. In 2018 is de AVG geïmplementeerd.
21: Rapportage indicatoren: dit jaar is opnieuw aandacht besteed aan de verdeling van het hoofdbehandelaarschap. Wegens een nieuwe functionaliteit in het KIS (Keten Informatie Systeem) is de mogelijkheid geboden om hierin de gehele populatie per chronische aandoening te registreren. Het aantal chronische patiënten dat onder behandeling is van de specialist en het aantal dat onder behandeling is van de huisarts, zowel binnen de ketenzorg als daarbuiten, is bij alle praktijken opgehaald.