Paella en positieve gezondheid

Een paellabijeenkomst over Positieve Gezondheid, dat leek huisarts Ton Dapper uit Tienhoven een goed idee. Ton is al jaren geïnteresseerd in de relatie tussen welzijn en gezondheid. En toen hij binnen de pijler ‘Meer persoonsgerichte zorg’ van Toekomstbestendige Huisartsenzorg in aanraking kwam met Positieve Gezondheid, vond hij het hoog tijd om dit gedachtengoed en de werkwijze te delen met andere zorgverleners.

Wat is een paellabijeenkomst?

‘Paellabijeenkomsten zijn multidisciplinaire netwerkbijeenkomsten van zorgverleners uit Maarssen-dorp en Tienhoven. We komen bij elkaar op fort Maarsseveen, in een prachtige omgeving. De eigenaar maakt paella voor zijn gasten, vandaar de naam paellasessies. Het fort is erfgoed, geheel gerenoveerd, informeel, prikkelend en een broedplaats voor creativiteit. We proberen de sessie binnen twee uur af ronden omdat iedereen het erbij doet. Er kwamen deze keer ongeveer veertig huisartsen, fysiotherapeuten, wijkverpleegkundigen, ergotherapeuten, verloskundigen, Cesartherapeuten en praktijkondersteuners op af.’

Hoe werd er gereageerd op het onderwerp Positieve Gezondheid?

‘Ruim een jaar geleden is er een enquête verspreid over de zorgverleners van Maarssen-Dorp en Tienhoven. Daaruit kwam naar voren dat er grote behoefte was aan het ontwikkelen van sociale contacten én aan een strategie en visieontwikkeling voor het gedachtegoed van Positieve Gezondheid. Daarnaast werd de samenhang in het multidisciplinaire samenwerken als matig beoordeeld. Dit hebben wij als bestuur van Zorg op één lijn Maarssen opgepakt.

Samen met Marian Verkerk van RegiozorgNU en Janine van Duin, trainer Positieve Gezondheid, hebben we de sessie opgezet. De bijeenkomst begon met een presentatie van Karolien van den Brekel en Janine van der Duin. Daarna is groep opgesplitst in tweeën. De deelnemers gingen aan de slag met hun eigen invulling van het spinnenweb van Positieve Gezondheid en ondertussen werd de paella geserveerd. De reacties waren positief. De paellasessie begint onderhand een begrip te worden.’

Wat is jouw visie op Positieve Gezondheid?

‘Tien jaar geleden deed ik promotieonderzoek naar persoonsgerichte interactie tussen huisarts en patiënt. Daar stond salutogenese, een theorie van Aaron Antonovsky, centraal. Dit lijkt erg op Positieve Gezondheid. Salutoggenese stelt de vraag: ‘Wat creëert nou gezondheid?’ in tegenstelling tot de vraag van pathogenese: ‘Wat veroorzaakt ziekte?’. Ik was blij met Positieve Gezondheid, omdat ik hier dus al ervaring mee had. Grappig is dat ik tien jaar geleden geen subsidie voor dit onderzoek kreeg, omdat men het te holistisch vond. Het klonk volgens hen als iets homeopathisch en ze dachten dat ik een revolutie in de gezondheidszorg wilde. Mij werd verteld dat ik over vijf jaar maar moest terugkomen, omdat de wetenschapsagenda dan misschien zou zijn veranderd. Dat was einde oefening voor mij. Nu, tien jaar verder, is het hip en vernieuwend en wil iedereen ermee werken.’

Wat betekent deze aanpak voor de patiënt?

‘Het mooie aan Positieve Gezondheid is het werken met een breder perspectief van gezondheid. Dit leidt tot een emancipatoir proces bij patiënten. Het geeft hun macht, kracht en meer eigen regie. Ik had zelf al ervaring met obesitas, leefstijlveranderingen en het diagnose-receptmodel. Je gaat hierbij iemand vertellen dat ie moet afvallen, want dat is zoveel beter voor de gezondheid. Deze soort van ‘bangmakerij’ werkt totaal niet. Wanneer je het bredere perspectief gaat benoemen, zoals zingeving of sociale contacten, komt de patiënt ineens in beweging.

Ik had een patiënt die wilde stoppen met roken. Ik stelde hem de hypothetische vraag: ‘Stel je bent over twee jaar nog steeds gestopt met roken. Wat zou je dat opleveren?’ Waarop de patiënt antwoorde: ‘Dit zou een overwinning op mezelf zijn. Mijn eigenwaarde zou daar ontzettend van groeien.’ Eigenlijk hadden we het dus over persoonlijke groei en daar sloeg de patiënt op aan. Hierna ging hij aan zichzelf werken. Het ging met hobbels, maar hij was er wel mee bezig. Nu kwam de motivatie uit de patiënt zelf. Dat is de kracht van Positieve Gezondheid.’

En wat betekent deze aanpak voor de zorgverlener?

‘Ik ben niet meer aan het werk, de patiënt is aan het werk. Iedereen denkt dat het veel tijd kost, maar als je eenmaal weet hoe het werkt, kost het niet zoveel tijd. De patiënt gaat zelf aan de slag. Je gidst de patiënt en dat is heel krachtig. Je moet als hulpverlener beter luisteren naar wat de patiënt over zichzelf vertelt. Dit is waar je echt zorg op maat gaat leveren. We hebben onze biomedische algoritmes al jaren losgelaten op de patiënt, die daar nauwelijks van in beweging kwam. Er is een wereld van verschil tussen de vraag wat veroorzaakt ziekte en wat creëert gezondheid?

Een promovenda deed eens onderzoek naar obesitas in achterstandswijken. Ze onderzocht de vraag vanuit de omgedraaide gedachtegang. Je ziet hier meer obesitas. Echter zijn er ook mensen die helemaal niet te dik zijn. Hoe komt het nu dat die mensen mooi op gewicht blijven? Dit bleek alles te maken te hebben met zingeving, verbinding voelen met iets en een doel hebben. Al ging het om een hobby of een club. Dat geeft mensen kracht. Voor mezelf vind ik dat hoopgevend. Ook al zit je in een achterstandswijk, het is niet altijd een verloren wedstrijd. Soms zijn de problemen natuurlijk gigantisch en het is geen oplossing voor alles, maar het geeft wel een ingang.

Hulpverleners moeten wel durven de patiënt meer aan het woord te laten. Ze moeten hun biomedische expertise loslaten. Het wordt geen expert versus leek, maar expert versus expert. De patiënt is expert over zijn eigen leven. Elke patiënt weet ondertussen wel dat roken ongezond is. Hier willen ze het dan niet over hebben, tenzij we het ombuigen. Tijdens de paellasessie kwam verder duidelijk naar voren dat we dezelfde taal gaan spreken. De fysio en de huisarts beginnen die gelijkenissen te zien. We kunnen niet de biomedische wetenschap compleet achter ons laten. Een open wond is nou eenmaal een open wond. Maar we moeten niet de patiënt vergeten.’

Wat vond je lastig aan jouw start met Positieve Gezondheid?

‘In het begin moet je je communicatie veranderen. Ik heb tegen veel vooroordelen van collega’s op moeten boksen. Dan waren ze ‘al uren aan het praten’. Maar dat ligt aan het ontbreken van vaardigheden. Dit moet je trainen. Tennis leer je ook niet in twee dagen. Je moet hier samen in investeren. Ik heb bijvoorbeeld een training motiverende gespreksvoering gedaan. Na een jaar á twee hoef je hier niet meer zoveel over na te denken en dan kost het niet zoveel tijd. Tijd was wel de grootste barrière. Nu komen er langzaam onderzoeksresultaten naar voren die laten zien dat het veel kan opleveren. Het bewijs dat het werkt, begint er aan te komen.’

Heb je een concreet voorbeeld van hoe het werkt?

‘Ik had een patiënt met diabetes die zichzelf erg verwaarloosde. Zij was sinds kort verhuisd en haar man was overleden. Het ging steeds slechter met haar. De diabetes ontspoorde enorm. Ik vroeg haar naar de momenten in haar leven dat ze het echt naar haar zin had. Ze vertelde dat ze goed kon bridgen en hier veel plezier aan beleefde. Sinds de verhuizing kon ze niet meer op de club komen en ze wilde haar dochter niet lastigvallen. Als ze weer zou kunnen bridgen, zou haar dat een geheel ander perspectief bieden in haar leven. Ze was een grote “dame” in het bridgen. Daar ging ze weer aan werken. En dat begon met beter voor haarzelf zorgen.

De WMO biedt de mogelijkheid om taxigeld aan te vragen. Dit wist ze niet. Zo kon ze toch naar de bridgeclub. Ze ging hierna acuut haar medicijnen correct innemen, want ze wilde goed voor de dag komen. Dat was simpel geregeld uiteindelijk. Haar eigenwaarde werd zoveel beter hierdoor. Door de vragen te stellen over hoe de gezondheid voor haar gecreëerd wordt, is het gelukt haar gezondheid te verbeteren. Met een aandoeningsgerichte gespreksvoering was je hier niet op uitgekomen. De dochter ging haar uiteindelijk ook vaker rijden, omdat ze het zo leuk vond om te zien dat haar moeder blijer werd.’

Wat is ervoor nodig om deze gespreksvoering te laten slagen?

‘Je moet als zorgverlener een cultuuromslag maken. Je moet je socialisatie tot dokter en je expertrol loslaten. Je moet niet in de overtuiging gaan zitten. Soms is het op je tong bijten. Laat die patiënt aan het woord en ontlok. Ik hoop ook dat de zorgverzekeraar hierin meegaat, want dit moet financieel ook ondersteund gaan worden.

Wat heel belangrijk is, is dat de wens om op deze manier te gaan werken is ontstaan op de werkvloer. Dit kan je niet duwen. Positieve gezondheid staat op de agenda en er wordt nu al genetwerkt. We moeten er vertrouwen in hebben dat het goed gaat. Laat ons de paellasessies houden en laat het organisch groeien. Het gaat om bottom up werken en ik ben ervan overtuigd dat hier initiatieven uit ontstaan. Nu is er al een project tussen verloskundige huisartsen en bekkenbodemfysio voor incontinentie na zwangerschap.
De hulpverlener moet zelf inzien dat het werkt. Alles valt en staat bij het professionele draagvlak. Dit werkt hetzelfde bij de dokter die de patiënt vertelt dat ie moet stoppen met roken versus de patiënt gidsen naar intrinsieke motivatie. Dit moeten ze zelf ondervinden.’

Hoe vond jij de bijeenkomst?

Ik zit in de organisatie natuurlijk. Het moest informeel zijn en we hadden gelukkig ontzettend goed weer. Dit was voor velen een eerste kennismaking met Positieve Gezondheid. We horen terug dat mensen het een mooie avond vonden en dat ze uitkijken naar een volgende sessie.

Nu willen we trainingen voor gespreksvoering gaan organiseren en het bij projecten gebruiken. Hoe kan je Positieve Gezondheid bijvoorbeeld bij een artroseproject gebruiken? Je zou bijvoorbeeld een uurtje bij een zwembad kunnen reserveren, speciaal voor mensen met artrose. Of voor moslima die graag willen zwemmen. Zij kunnen dan rustig naar het bad lopen in een veilige omgeving. Daar denken we niet altijd over na, maar het kan soms aan heel veel dingen liggen waarom mensen wel of geen actie ondernemen. Dat ombuigen is positief, al moet de communicatie nog wel verbeteren, het kan veel verfijnder. Je moet in de diepere lagen van zingeving komen. Dat bereik je pas met meerdere gesprekken.’

Wat voor soort vragen stel je dan om daar te komen?

‘Dan kom je bij motiverende gespreksvoering en de sociale leertheorie uit. Hierbij vraag je toestemming en bevestig je autonomie. Dan moet je bijvoorbeeld vragen of je het over iemands roken mag hebben. Dit was een groot leermoment voor mij toen ik jong was. Moet ik mensen vragen of we het over hun stoppen met roken kunnen hebben? Ik was arrogant, maar ging het experiment aan. De een wilde het er niet over hebben en de ander juist wel. Het leverde betere gesprekken op. Dit was echt een eye opener. Je komt op de kern van motiverende gespreksvoering uit. Hier moet je wel tijd aan besteden. Met een tweedaagse cursus kom je er niet.‘

Wat is jouw toekomstbeeld voor Noordwest-Utrecht als we Positieve Gezondheid integreren?

‘Ik denk dat de geneeskunde humaner gaat worden. Dat er een menselijke maat gaat komen. Niet meer de expert met witte jas en stethoscoop die op afstand staat. Niet dat we vrienden worden met de patiënten, maar wel dat we zinvollere zorg gaan bieden. De fysieke en sociale omgeving spelen een grote rol in de gezondheid. Zingeving is vooral te vinden in contact met anderen. Dan komt er misschien ook meer gemeenschapsgevoel terug, omdat mensen dingen willen ondernemen. We leven in een individualistische samenleving en misschien komt die cohesie als resultaat ook terug.

Voor Maarssendorp kan het in de toekomst leuk zijn om met een man of zes een multidisciplinair boostergroepje te vormen dat constant blijft oefenen. Daar moet het wel naartoe. De huisarts moet uit de spreekkamer en samenwerken. En deze samenwerking moet vanuit de werkvloer komen. Dit maakt kracht los en geeft professionele autonomie. Geef hen een budget en stel een einddoel op en geef hen het vertrouwen dat ze tot een mooi resultaat komen. Je kan gidsen, maar heb vertrouwen.’

Loading...